AZO-kleurstoffen: hoe eng zijn ze écht?

De omstreden Southampton Six

Getty Images

Ze duiken regelmatig op in de media: de 'Southampton Six'. Het zijn de AZO-kleurstoffen, misschien wel de zes meest omstreden E-nummers. Zijn ze echt zo erg als veel mensen denken?

AZO-kleurstoffen zijn synthetische kleurstoffen. Ze danken hun naam aan het feit dat ze een stikstofgroep (ook wel AZO-groep genoemd) in hun chemische structuur hebben. Deze kleurstoffen staan al enige tijd in een kwaad daglicht en vooral via social media duiken berichten erover steeds weer op. Hoe komt dat?

Southampton Six

Britse wetenschappers van de universiteit van Southampton vonden in 2007 in hun onderzoek aanwijzingen dat jonge kinderen 'hyperactief' werden na het eten van producten waaraan AZO-kleurstoffen waren toegevoegd. Deze studie werd bekend onder de naam 'Southampton studie' en de kleurstoffen werden vanaf toen ook wel de 'Southampton Six' genoemd.

Er kwam veel publiciteit over het onderzoek, maar er was ook veel kritiek op. Het bewijs dat het drukke gedrag van de kinderen echt door de kleurstoffen kwam, was niet overduidelijk geleverd. En als het al bewezen was, door welke van de kleurstoffen werd het dan veroorzaakt? Want alleen de complete groep E-nummers was onderzocht.

Zeldzame bijwerkingen

Toch werd het onderzoek serieus genomen. Terecht, want juist van de E-nummers wordt altijd gezegd dat het de meest onderzochte ingrediënten zijn in onze voeding en dat ze superveilig zijn. De EFSA, de Europese commissie voor voedselveiligheid, nam in 2008 alle onderzoeken onder de loep, inclusief de Southampton studie. De conclusie: het komt maar zelden voor dat personen heftig reageren op AZO-kleurstoffen.

Klachten bij gevoeligheid zijn opgezwollen ogen, een rood hoofd en druk gedrag bij kinderen. De EFSA vond ook dat de gebruikte hoeveelheden van de AZO-kleurstoffen zo klein zijn, dat ze vrijwel nooit tot problemen zullen leiden. Kortom, het drukmakende effect was niet afdoende bewezen.

Waarschuwing op het etiket

Toch besloot de Europese commissie tot een speciale maatregel. Als een product een AZO-kleurstof bevat, moet dat apart worden vermeld op het etiket. Die waarschuwing is: '(E-nummer) kan de activiteit of oplettendheid van kinderen nadelig beïnvloeden.' Die beslissing van de EU is best opmerkelijk, en werd waarschijnlijk beïnvloed door de publieke opinie. Ongetwijfeld zullen de politici ook wel hebben gedacht dat fabrikanten voortaan wel drie keer nadenken voordat ze een AZO-kleurstof gebruiken in hun producten.  

(Klik op het plaatje om het te vergroten)

Waar zit het in?

Inmiddels worden deze kleurstoffen al bijna niet meer gebruikt door de Nederlandse voedingsindustrie. Die hebben namelijk inderdaad geen zin om zo’n aanduiding op hun etiket te zetten. Bovendien zijn er voldoende andere, meer natuurlijke kleurstoffen voorhanden. Toch zijn er nog een aantal producten in Nederlandse supermarkten waar het in zit. Het gaat dan met name om snoep en frisdrank, en maar om een beperkt aantal merken. Is het de moeite waard om je er druk om te maken? Dat valt waarschijnlijk wel mee. Het loont veel meer de moeite om je kind überhaupt niet vaak snoep en frisdrank te geven.