'Zenuwstimulator uitkomst bij hartfalen'

Getty Images

UTRECHT - Patiënten met hartfalen hebben misschien baat bij een apparaatje dat een hersenzenuw prikkelt. Artsen van het UMC Utrecht hebben de zenuwstimulator al bij twee patiënten geïmplanteerd.

Bij patiënten met hartfalen kan het hart het bloed niet goed rondpompen waardoor patiënten vaak een slechte conditie hebben. Het hart  wordt groter en de hartslag is verhoogd. Ze zijn kortademig en snel vermoeid. Bij patiënten met ernstig hartfalen helpen medicijnen uiteindelijk onvoldoende.

Prikkelen
Het prikkelen van de hersenzenuw die naar het hart loopt (de nervus vagus) is een veelbelovende nieuwe behandeling. Een kleinstroompje op deze zenuw verlaagt de hartslag iets. Dat vermindert het hartfalen en verbetert de conditie. Het prikkelen van de zenuw heeft nog meer gunstige effecten, de oorzaak daarvan is niet helemaal duidelijk. Het UMC Utrecht neemt deel aan een internationaal onderzoek om de zenuwstimulator te testen.

Uitkomst
"Als medicijnen niet meer voldoende werken bij patiënten met ernstig hartfalen, hebben we ze meestal niets te bieden", vertelt cardioloog Anton Tuinenburg. "Soms kan een speciale pacemaker nog helpen en heel soms een harttransplantatie, maar voor de meeste patiënten is dit niet weggelegd. Ik hoop en verwacht dat de zenuwstimulator deze patiënten wel kan helpen."

Tuinenburg: "Patiënten die eerst moeilijk traplopen zullen met dit apparaatje niet meteen op de racefiets stappen. Maar ze kunnen wellicht wel weer naar de supermarkt lopen. Dat is al een enorme verbetering van de kwaliteit van leven. We verwachten bovendien dat hun levensverwachting toeneemt. Maar dat zal onderzoek moeten uitwijzen."

Stimulator
De zenuwstimulator bestaat uit een draadje dat voorzichtig om de zenuw in de hals gewikkeld wordt. Het geeft een klein, onschadelijk stroompje af naar de hersenzenuw. Omdat het stroomverbruik heel laag is, kan het door de huid heen opgeladen worden. In totaal krijgen wereldwijd honderd patiënt het apparaatje. Over twee jaar moeten de resultaten bekend zijn.

Bron 
  • UMC Utrecht