Ondervoeding bij ouderen niet altijd herkend

Getty Images

Ondervoeding is een veelvoorkomend probleem bij ouderen. Van alle thuiswonende 65-plussers is vijf tot tien procent ondervoed, maar zelfs voor zorgprofessionals is het lastig om dit te herkennen. Zij zijn hiervoor namelijk niet altijd goed geschoold. Dit blijkt uit een studie door onderzoekers uit zeven Europese landen.

Doordat ouderen die thuis wonen niet constant onder toezicht van zorgprofessionals leven, zoals in verpleeg- en ziekenhuizen wel het geval is, wordt ondervoeding niet snel opgemerkt. De belangrijkste oorzaken van ondervoeding zijn een lage voedselinname door weinig eetlust, een hoog energieverbruik door bijvoorbeeld een chronische ziekte, of problemen met de opname van voedingsstoffen in de darmen.

Daarnaast zijn er veel onderliggende factoren die meespelen. Om deze in kaart te brengen, hebben de onderzoekers een model ontwikkeld: het DoMAP-model. Met dit model is de ernst van de problemen meer inzichtelijk, zodat professionals deze eerder herkennen en een oplossing kunnen bieden. 

Het DoMAP-model

Het DoMAP-model (Determinants of Malnutrition in Aged Persons) heeft verschillende niveaus met oorzaken van ondervoeding. Op het derde niveau staan indirecte oorzaken, zoals eenzaamheid of COPD, en op het tweede niveau staan directe oorzaken, zoals kauwproblemen of diarree. Deze hebben allemaal invloed op de belangrijkste oorzaken van ondervoeding, die op het eerste niveau staan. 

Ondervoeding herkennen

Het is belangrijk om thuiswonende ouderen op ondervoeding te screenen. Daarom hebben de onderzoekers een top vijf gemaakt van de beste meetinstrumenten om ondervoeding te herkennen, die zelfs door professionals zonder veel voedingskennis te gebruiken zijn. Bij veertig procent van de verpleegkundeopleidingen wordt er namelijk nauwelijks aandacht aan dit onderwerp besteed. Volgens de studie is DETERMINE de beste methode om ondervoeding bij thuiswonende ouderen te meten. In Nederland wordt door de Stuurgroep Ondervoeding een ander instrument geadviseerd: de SNAQ65+.

Bron 
  • Nieuws voor diëtisten