De zin en onzin van E-nummers

Experts aan het woord

Getty Images

E-nummers. Vaak onderwerp van gesprek als het over voedsel gaat. E-nummers hebben een negatieve naam. Maar zijn ze nou wel of niet gevaarlijk? En zijn natuurlijke E-nummers beter dan synthetische? En waar zitten ze in? Hoe zit dat met allergieën en reacties op bepaalde voedingsmiddelen?

Irene Lelieveld, voedingstherapeut bij voedingspraktijk Het Zesde Element, Ralf Hartemink, opleidingsdirecteur Levensmiddelentechnologie en voedselveiligheid bij de Wageningen University, en Marloes Collins, allergiedeskundige van het Allergieplatform, vertellen hoe het nu met die E-nummers zit.

Irene Lelieveld, voedingstherapeut bij voedingspraktijk Het Zesde Element: "Er is een aantal E-nummers waar veel mensen slecht op reageren."
"E-nummers hebben een slechte naam, maar niet alle E-nummers zijn synthetisch, er zijn heel wat natuurlijke E-nummers. Zo heb je in het rijtje kleurstoffen het natuurlijke E162. Dat is niets anders dan bietjesrood en E160 is de rode kleurstof uit tomaten. Je kunt dus niet stellen dat alle E-nummers per definitie gevaarlijk zijn. Maar dat fabrikanten meestal kiezen voor de synthetische kleurstoffen komt doordat de producten dan net wat mooier kleuren, er lekkerder uitzien en langer houdbaar zijn. En dat is wat mensen willen."

"Komen mensen bij mij in de praktijk, dan kan ik vrij eenvoudig via kinesiologie (het meten van spierspanning) constateren op welke stoffen mensen reageren. En dan zie ik vaak dat kinderen van sommige synthetische kleurstoffen onrustig worden."

"Ook krijgen mensen van bepaalde E-nummers allergische reacties, zoals netelroos en astmatische aanvallen. Want laten we wel zijn, vooral onder de E200 stoffen zitten echt een paar gemene jongens. Het is niet voor niets bij wet bepaald dat deze stoffen alleen toegevoegd mogen worden als het noodzakelijk is. Maar over noodzakelijkheid kun je discussiëren. Vaak gaat het om het verhogen van de houdbaarheid, maar of dat nou zo noodzakelijk is?"

"Een negatieve uitspringer in het rijtje toevoegingen is een stof als aspartaam. Dit wordt in lightproducten gebruikt als vervanging voor suiker. Maar je wordt er juist alleen maar dikker van. Bovendien staat aspartaam bekend om de bijwerkingen en overgevoeligheden die je ervan kunt krijgen."

"Een andere bekende stof waar mensen overgevoelig op reageren is E621: Ve-Tsin. Dit wordt vooral gebruikt als smaakversterker en geeft vele reacties, zoals hoofdpijn. Om zo min mogelijk kunstmatige geur-, kleur- en smaakstoffen binnen te krijgen, moet je niet-biologische kant-en-klare producten laten staan. Hierin zitten allerlei stoffen en toevoegingen die we beter kunnen vermijden om het risico op overgevoeligheden uit te sluiten. Lees daarom goed de etiketten en maak zoveel mogelijk zelf!"

Ralf Hartemink opleidingsdirecteur levensmiddelentechnologie en voedselveiligheid bij de Wageningen University: "Er is heel veel foute informatie over E-nummers."
"E-nummers zijn niets meer of minder dan een lijst met goedgekeurde additieven, zowel natuurlijke als synthetische. Geur- en smaakstoffen hebben géén E-nummer, kleurstoffen wel. De E-nummers zijn in de voeding het meest onderzocht. Als er al beperkingen zijn, dan is de kans bijna nihil dat je als gewone consument over de toegelaten marges gaat."

"Het is logisch dat er altijd bijwerkingen van bekend zijn, omdat er grondig naar wordt gezocht voor iets toegelaten wordt. Iedere willekeurige stof heeft op een bepaald moment bijwerkingen. Maar dat betekent niet dat E-nummers gevaarlijk zijn. E-nummers danken hun slechte naam aan de mensen die zeggen dat ze er allerlei klachten, waaronder allergische reacties, van krijgen. Je leest op internet heel veel foute informatie en verhalen over verschrikkelijke bijwerkingen, terwijl maar een hele kleine groep mensen voor bepaalde stoffen echt gevoelig is. Net zo vaak, of zelfs minder, dan voor bijvoorbeeld chocola. En toch heeft chocola niet zo'n slechte naam."

"In tegenstelling tot sommige geurstoffen zijn echt allergische reacties tegen E-nummers in de medische literatuur dan ook niet beschreven. Puur wetenschappelijk medisch gezien is er met die E-nummers dan ook niets aan de hand, sociaal maatschappelijk wel. Toch betekent dit niet dat de mensen geen klachten hebben. Je kunt ze alleen lang niet altijd toeschrijven aan bepaalde additieven in de voeding. Wanneer je ergens het etiket 'bevat allergenen' op plakt, dan kun je er zeker van zijn dat ineens veel meer mensen last van allergische reacties krijgen."

"Om echt helemaal zeker te weten of iets wel of niet een reactie kan geven, moeten dingen getest worden in dubbelblinde studies: beide partijen weten niet wie wat krijgt. Dan pas heb je zuivere resultaten. Neem benzoëzuur. Dat heeft een slechte naam, maar cranberry's bevatten van nature heel veel benzoëzuur en het zit ook in parfums en crèmes. Daar hoor je weinig mensen over. Vaak denken mensen dat E-nummers alleen chemisch zijn, maar 80 procent van alle E-nummers zit van nature al in voeding. Voedsel is namelijk honderd procent chemie."

"Weet je dat in één tomaat, biologisch of niet, al tien tot vijftien E-nummers zitten! Dagelijks krijgen we met onze voeding zo'n 5 à 10 gram aan stoffen met een E-nummer binnen, ook al eet je helemaal geen bewerkte producten. Dus mensen die zeggen dat ze absoluut geen E-nummers willen eten, zijn veroordeeld tot het drinken van water en het eten van zout en suiker. Maar of je het daar lang op volhoudt?"

Marloes Collins, allergiedeskundige van het Allergieplatform: "Een allergie voor 'alle E-nummers' lijkt me een beetje overtrokken."
"Je kunt zeker een allergie hebben voor één, of hooguit een paar E-nummers. En als je ergens een allergie voor hebt, bijvoorbeeld voor sulfiet, dan moet je daar zeker rekening mee houden en sommige dingen vermijden."

"Maar soms hoor je mensen echter zeggen dat ze een allergie hebben voor alle E-nummers, en dat lijkt me een beetje overtrokken. Want veel stoffen hebben een E-nummer. Zuurstof bijvoorbeeld heeft E948. Dat kun je toch niet vermijden. Mensen worden bang gemaakt met het verhaal dat E-nummers slecht zijn. Ze denken dat ze die kunnen vermijden door biologische producten te kopen. Dat heeft geen zin, want E-nummers zitten ook in biologische producten."

"Wat er gebeurt, is dat een fabrikant bijvoorbeeld in plaats van het E-nummer voor citroenzuur de naam 'citroenzuur' als natuurlijk aroma op de verpakking zet. Dat lijkt dan gezonder. Rijst heeft van zichzelf een waslaagje op de korrel. Dat natuurlijke waslaagje wordt gebruikt voor snoep en kauwgom en heeft nummer E908. Is dat dan ineens ongezond?"

"Soms kan een synthetische variant van E160b zelfs de voorkeur hebben, omdat je overgevoelig kunt zijn voor een bepaald eiwit in de natuurlijke variant van E160b: de rode kleurstof van de tomaat! Natuurlijk kun je door een langdurige en hele hoge consumptie van koekjes en snacks last krijgen van je darmen. Maar de vraag is of je last krijgt van de stabilisatoren als cellulose die in die koekjes zitten,of gewoon van het te veel en te vet eten. En aspartaam is inderdaad niet gezond als je er liters van achter elkaar drinkt. Maar dat beetje in een glas cola light kan echt geen kwaad."

"Glutamine zit gewoon in je spieren, dus daar hoef je ook niet echt bang voor te zijn. Kijk, ik kan me voorstellen dat je, als je minder weerstand hebt, wat heftiger kunt reageren op antioxidanten, geleermiddelen en smaakversterkers. En er zijn ingrediënten waar je niet teveel van moet binnenkrijgen. Maar dat geldt voor zoveel dingen. Om de angst voor E-nummers weg te nemen en mensen duidelijkheid te verschaffen, staat er een handige lijst op onze site."