Hoe ouder, hoe dikker?

“Afvallen gaat om veel meer dan wilskracht alleen”

Vrouw op de weegschaal
Getty Images

Sommige mensen kunnen eten wat ze willen zonder aan te komen. Tenminste, als ze jong zijn. Waarom stapelen de kilo’s zich zo makkelijk op met de jaren, en is daar iets tegen te doen? Professor Sander Kersten: “Het is echt lastig om slank te blijven in onze huidige samenleving.”

Gek is: ook al eet je precies hetzelfde als toen je jonger was, toch word je dikker met de jaren. Hoe kan dat?

Volgens Sander Kersten, professor Voeding, Metabolisme en Genomics aan Wageningen University is dat een lastig vraagstuk, maar als iemand het antwoord weet… Kersten is al zijn hele leven gefascineerd door voeding en gezondheid. “Sinds mijn twaalfde doe ik aan krachtsport en daar wilde ik alles over weten. Ik las boeken over energieverbruik en berekende hoeveel ­calorieën ik at op een dag. Nu is iederéén daarin geïnteresseerd, dat was toen veel minder.” De keuze om menselijke voeding aan de Wageningen University te gaan studeren, was dan ook snel gemaakt. Hij promoveerde daarna in Nutritional Biochemistry aan de Cornell University. “Nu ben ik al heel lang terug in Nederland en doe ik fundamenteel onderzoek naar hoe cellen in het lichaam met verschillende vormen van energie omgaan.”

Vaak geven we ons metabolisme de schuld als we dikker worden. Wat is dat precies?

“In de volksmond wordt met het metabolisme het omzetten van voedingsstoffen in energie bedoeld.” Dat gebeurt via allerlei chemische processen. Je lichaam is continu bezig met het omzetten van voedingstoffen in energie, want alle cellen hebben energie nodig om in leven te blijven. Zelfs in rust. Er is nu eenmaal brandstof nodig om te ademen, bloed rond te pompen en de lichaamstemperatuur op peil te houden. Over het algemeen verbrand je zo’n 70 procent van alle energie die je binnenkrijgt zonder iets te doen. “Dit is het zogeheten basaalmetabolisme, ook wel ruststofwisseling genoemd.” Deze is bij mannen vaak wat hoger dan bij vrouwen.

Wat is het verschil tussen een snel en een langzaam metabolisme?

“Bij mensen met een langzaam metabolisme heeft het lichaam relatief weinig energie nodig”, zegt Kersten. Je krijgt dan al snel meer calorieën binnen dan je verbrandt. Bij mensen met een snel metabolisme werkt het anders. “Deze groep heeft juist veel energie nodig om op gewicht te blijven en komt minder makkelijk aan. De kans op overgewicht is dus groter bij mensen met een langzaam metabolisme.”

Het idee dat je metabolisme trager wordt met de leeftijd klinkt daarom vrij logisch. “Het zou een mooie verklaring zijn voor het feit dat we collectief zwaarder worden met de jaren. Toch klopt deze opvatting niet. Uit nieuw wetenschappelijk onderzoek blijkt namelijk dat het energieverbruik tussen je 20ste en je 60ste redelijk constant blijft. Pas daarna neemt de snelheid van je metabolisme daadwerkelijk af. Tegen die tijd ben je vaak al te zwaar.”

Hoe komt dat?

“Over de oorzaak kunnen we op dit moment alleen nog speculeren”, aldus Kersten. Maar uiteindelijk draait het om balans: als je meer energie binnenkrijgt dan je verbruikt, kom je aan. “Een gemiddeld mens eet én verbrandt in een jaar tijd ongeveer een miljoen calorieën. Over het algemeen is dat mooi op elkaar afgestemd, maar soms net niet mooi genoeg.” Er is slechts een kleine disbalans nodig om op termijn veel aan te komen. “Stel: je komt elk jaar een halve kilo aan. Dat lijkt weinig. Maar als dit tussen je twintigste en je zestigste elk jaar gebeurt, ben je toch twintig kilo zwaarder.”

Wat kunnen we ertegen doen?

“Vaak wordt krachttraining aangeraden om je basismetabolisme op te krikken. Daarmee kweek je spieren, en een kilo spier verbruikt veel meer energie dan een kilo vet.” Nu zou je spiermassa met de jaren geleidelijk afnemen, maar ook dit klopt niet helemaal. “De spiermassa gaat vaak pas achteruit na je 60ste”, aldus Kersten. Maar krachttraining kan wel helpen. “Sporten is altijd goed, of je nu wilt afvallen of niet. Met duursport verbrand je meer calorieën tijdens de inspanning zelf. Met krachtsport verbrand je meer buiten de inspanning om. Het heeft allebei voordelen.”Overigens is de kans dat je met alleen sporten afvalt klein. “Als je meer gaat verbranden, neemt je hongergevoel toe. Je zult dus ook op je voeding moeten letten.”

Kan iedereen afvallen?

“Mensen die om erfelijke redenen een grotere kans op overgewicht hebben, zijn vaak later verzadigd.” Er zijn honderden genen die in meer of mindere mate invloed hebben op je hongergevoel. “Als je genetisch gezien ‘pech’ hebt, kan dat kilo’s schelen. Toch wordt er vaak lichtzinnig over gedaan”, zegt Kersten verontwaardigd. Volgens hem gaat het bij afvallen en op gewicht blijven om veel meer dan wilskracht alleen.

Zijn sommige mensen dan ‘gedoemd’ om dik te worden?

“Dat wil ik niet zeggen, maar het is wel lastig om slank te blijven in onze huidige samenleving.” Honderd jaar geleden was bijna niemand te dik. Volgens Kersten laat dat goed zien hoe groot de invloed van de omgeving is. “De verleiding is groot, op iedere hoek van de straat is eten te koop. Als maatschappij moeten we daarom stoppen met vingerwijzen, maar ingrijpen.” Dit zou kunnen door autogebruik te ontmoedigen, sporten en bewegen aantrekkelijker te maken en een suikertax in te stellen. Op individueel niveau is het belangrijk om meer te bewegen en bewuste keuzes rondom voeding te maken. “Het kan helpen om je sociale omgeving bij het afvalproces te betrekken en schuldgevoelens over je gewicht los te laten. Want je hebt er wel invloed op, maar je kunt de rest niet wegdenken.”

Sander Kersten is professor in Voeding, Metabolisme en Genomics aan de Wageningen University. Daarnaast is hij voorzitter van de afdeling Human Nutrition and Health.

Dit artikel stond eerder in de +Gezond van december 2022. Abonnee worden van het blad? Dat doe je in een handomdraai!

Bron 
  • Plus Gezond