Longkanker: de dodelijkste kanker

90 procent veroorzaakt door roken

Getty Images

Longkanker is de meest dodelijke vorm van kanker. Ieder jaar overlijden er meer mensen aan longkanker dan aan borstkanker en darmkanker samen. En dat terwijl longkanker in veel gevallen ook voorkomen had kunnen worden. Longkanker komt namelijk in 90 procent van de gevallen door het roken.

In Nederland wordt per jaar bij ongeveer 10.000 mensen longkanker vastgesteld. Na prostaatkanker, is het de meest voorkomende soort kanker bij mannen. De laatste jaren komt longkanker ook steeds vaker bij vrouwen voor. Het feit dat steeds meer vrouwen zijn gaan roken, is hier oorzaak van. Het aantal mannen met longkanker daalt juist iets.

De helft van de mensen die longkanker krijgt is tussen de 60 en 75 jaar. Longkanker komt bij mannen met name tussen de 65 en 80 jaar voor, bij vrouwen is dit tussen de 55 en 80 jaar. In de leeftijdsgroep 30 tot 45 krijgen evenveel mannen als vrouwen longkanker.

Oorzaken

De belangrijkste oorzaak van longkanker is het roken van sigaretten. Ook het roken van sigaren en pijp vergroot de kans op de ziekte. Uit wetenschappelijk onderzoek is ook gebleken dat niet-roker die vaak mee-roken een groter risico lopen om longkanker te krijgen.

Het uitoefenen van bepaalde beroepen vergroot het risico. Door intensieve blootstelling aan stoffen als nikkel, radon, arseen en asbest bijvoorbeeld. Door de blootstelling aan schadelijke stoffen ontstaan veranderingen in het genetisch materiaal van de cellen in de longen. Uiteindelijk kunnen de cellen ontsporen en zich onbelemmerd gaan delen.

Symptomen

Bij longkanker zie je vaak lange tijd helemaal geen symptomen. Daarbij zijn de symptomen van longkanker vaak vrij algemeen. Vaak passen de klachten bij de leeftijd of een verslechtering van de conditie. Soms zijn de eerste klachten zelfs afkomstig van de plaats waar zich een uitzaaiing bevindt, bijvoorbeeld pijn op bepaalde plekken in het lichaam door uitzaaiingen in de botten.

Klachten bij longkanker kunnen zijn:

  • verandering in het hoestpatroon (bijvoorbeeld hardnekkige prikkelhoest)
  • bloed in opgehoest slijm
  • kortademigheid
  • vaak terugkerende longontsteking
  • aanhoudende heesheid zonder keelpijn
  • zeurende pijn in de borststreek, rug, of in het gebied van de schouders
  • meer slijmvorming
  • zwelling van het gezicht of nek

In veel gevallen treedt bij longkanker een verslechtering op van de conditie. Dit kan zicht uiten in:

  • vermoeidheid zonder aanwijsbare reden
  • gebrek aan eetlust
  • onverklaarbaar gewichtsverlies

Soms treden ook klachten op als hoofdpijn, sufheid en pijn elders in het lichaam.

Behandeling

De meest toegepaste behandeling bij longkanker zijn operatie, bestraling en chemotherapie. Een combinatie van de behandelmethoden is meestal noodzakelijk. Daarbij komt het vaak voor dat longkanker pas wordt vastgesteld als genezing niet meer mogelijk is. Alleen een palliatieve behandeling is dan nog zinvol. Deze behandeling is gericht op het remmen van de ziekte, het verminderen van de klachten en het voorkomen van complicaties.

Het type longkanker speelt een belangrijke rol bij de keuze voor een behandeling, net als het stadium van de ziekte en de lichamelijke conditie van de patiënt.

Voorkomen

Stoppen met roken is de belangrijkste manier om longkanker te voorkomen. Hoe meer en langer iemand gerookt heeft des te groter is de kans op longkanker. 

Helaas is longkanker nog niet gemakkelijk op te sporen in een vroeg stadium,  hier wordt momenteel uitgebreid onderzoek naar gedaan. In de toekomst zou een vroeg diagnose er aan bij kunnen dragen dat minder mensen overlijden aan longkanker. De helft van de longkankerpatiënten overleeft de eerste vijf jaar na de diagnose als de longkanker nog niet is uitgezaaid. Bij uitzaaiing is dit nog maar 2 tot 20 procent, afhankelijk van waar de uitzaaiingen zijn.

Momenteel wordt longkanker slechts in 15 procent van de gevallen in een vroeg stadium ontdekt. Hier valt dus hopelijk in de toekomst nog heel wat winst te behalen.

 

Bron 
  • KWF Kankerbestrijding
  • Longkanker Informatiecentrum