Valpreventie: medicijnencheck en valtraining

'Als je valt, is er méér aan de hand'

valpreventie
Getty Images

Vallen hoort niet bij het ouder worden, maar is vaak een teken van onderliggende ziekten. Gelukkig kunnen een medicijnencheck en valtraining het valrisico beperken, aldus hoogleraar en valpreventiespecialist Nathalie van der Velde.

Komt vallen vaak voor?

“Ja. Jaarlijks valt een derde van de 65-plussers en dat neemt toe met de leeftijd. De helft van hen valt meerdere keren. 70 procent van de vallers heeft letsel, dan tel ik ook blauwe plekken mee. Zo’n 10 tot 12 procent heeft echt ernstig letsel, denk aan botbreuken als een pols- of heupfractuur, en hersenletsel. En elke dag overlijden vijftien mensen doordat ze een val hebben gemaakt.”

Wat kun je zelf doen om een valpartij te voorkomen?

“We worden ouder dan vroeger, en daarbij zijn we ook langer ziek dan vroeger. Als je gedurende een langere tijd meer aandoeningen en functiebeperkingen hebt en daardoor ook meer medicijnen bent gaan slikken, neemt je valrisico toe. Daar komt bij dat mensen tegenwoordig langer thuis blijven wonen dan vroeger, terwijl hun woning wellicht minder veilig is dan het vroegere verzorgingshuis.”

Wordt vallen wel serieus genoeg genomen?

“Mensen denken weleens dat het niet te voorkomen is en ‘erbij hoort’ als je ouder wordt, maar dat is niet zo. Vallen heeft vaak een onderliggende reden: het kan erop wijzen dat je een ziekte onder de leden hebt. Daarom zou je na een val naar de huisarts moeten gaan, zodat die kan onderzoeken wat de mogelijke oorzaken zijn. Is er iets mis met je bloeddruk? Heb je misschien een infectie, hartfalen, boezemfibrilleren, een ontregelde suikerziekte? Vooral bij herhaaldelijk vallen moet je denken aan een onderliggende hart- en vaatziekte.”

Ook medicatie kan het valrisico verhogen. Hoe werkt dat en om welke medicijnen gaat het dan?

“Van medicijnen kunnen mensen suf, slaperig of duizelig worden. Ouderen gebruiken regelmatig kalmeringstabletten, slaapmedicatie, antidepressiva en medicatie tegen hoge bloeddruk en hartproblemen. Ze hebben die medicijnen voorgeschreven gekregen met een reden, maar niet om ze levenslang in te nemen. Want met het ouder worden verander je, dat betekent dat je medicatie vaak ook moet worden aangepast. Je lichaam verandert, maar ook je behoeften en je doelen. Dat kan gevolgen ­hebben voor het type medicijnen dat je nodig hebt, of voor de doseringen. Het is goed om daarover regelmatig met je huisarts, specialist of apotheker te overleggen. Daarbij kun je afwegen wat je het beste lijkt, bijvoorbeeld: een lager risico om te vallen waardoor de kans groter is dat je langer thuis kunt blijven wonen maar wel een groter risico op bijvoorbeeld hartproblemen. Of andersom: je wilt een kleine kans op hartproblemen, maar dat impliceert dan wel een groter valrisico.”

Wat kunnen mensen zelf doen om hun valrisico te beperken?

“Om te beginnen is het heel belangrijk ervoor te zorgen dat je fit blijft. Een goede conditie, sterke spieren en een goede balans beperken het valrisico. Beweeg minimaal vijf dagen per week een halfuur en doe balansoefeningen, zoals je tanden poetsen op één been. Volg een valpreventietraining onder begeleiding van een gespecialiseerde fysiotherapeut of een andere professional. Verschillende zorgverzekeraars vergoeden zo’n training uit de aanvullende verzekering. Er zijn sportscholen waar je een cursus valpreventie kunt doen, en je kunt zelfs gaan dansen in combinatie met valpreventie. Zoek altijd een activiteit uit die je leuk vindt, dan houd je het langer vol.

Ook belangrijk: eet voldoende eiwitten en vitamine D voor sterke spieren. Verder is goed zien van belang; laat je ogen opereren als je staar hebt. Zorg voor een goede bril en draag buitenshuis een aparte verte-bril. Veel mensen hebben tegenwoordig een multifocale bril waarin een vloeiende overgang zit tussen ver en dichtbij zien, maar met zo’n bril kun je niet goed diepte zien. Dat vergroot de kans op vallen. Zorg tenslotte voor goed schoeisel. Schoenen met voldoende grip, die aansluiten tegen de enkels, steun geven in het voetbed en een hak hebben van maximaal een centimeter hoog. Dat zal wennen zijn voor vrouwen die graag een elegante pump dragen, maar ja, vallen is nog minder elegant.”

En hulpmiddelen, zijn die aan te raden?

“Dat ligt eraan of je ze nodig hebt. Een traplift kan verstandig zijn, maar zolang iemand nog veilig met de trap kan, is traplopen juist een goede manier om spierkracht en conditie te behouden. Wat ik sterk afraad, is een tweedehands rollator in gebruik nemen. Want die is niet op jou persoonlijk afgesteld en heeft waarschijnlijk ook versleten onderdelen. Een fysiotherapeut kan adviseren of er hulpmiddelen nodig zijn, zo ja welke, en hoe ze afgesteld moeten worden.”

Waar kun je op letten in huis?

“Geen losliggende kleedjes en snoeren, goede verlichting en, heel belangrijk: duidelijke kleurverschillen. Plak een band in een contrasterende kleur op de rand van de traptreden als je trap helemaal in dezelfde kleur is, zodat je de treden goed kunt zien. Ook is het voor kwetsbare mensen handig om beugels te hebben die hen ­helpen om goed en veilig op te staan. Als mensen een hoog valrisico hebben, kan er een ergotherapeut bij ze langskomen om te kijken welke dingen in huis veiliger kunnen. Je kunt natuurlijk ook buitenshuis vallen. Behalve goed opletten waar je loopt, kun je het bij je gemeente melden wanneer stoeptegels los liggen of er andere ongemakken zijn waardoor je niet goed kunt lopen.”

Heeft u nog een laatste praktische tip?

“Een kwart van de 65-plussers heeft bij het opstaan last van ­duizeligheid, wazig zien, zwart voor de ogen of een wankel gevoel. Ze hebben bij het opstaan last van een bloeddrukdaling, wat betekent dat ze tijdelijk een verminderde doorbloeding van de hersenen ­hebben. Daardoor kun je vallen of zelfs flauwvallen. Medicijnen kunnen die klachten verergeren. Dat is belangrijk om met je dokter te bespreken, maar je kunt ook zelf wat doen. Zorg ervoor dat je voldoende drinkt: twee tot ­tweeënhalve liter per dag. Want je hebt volume nodig in je bloed­vaten om je bloeddruk op peil te houden. En eet voldoende zout, als er geen redenen zijn om het niet te doen. Verminder, of stop helemaal met alcohol, want dat werkt de volgende dag nog door op de bloeddruk en de balans. Neem de tijd om op te staan en doe het in etappes. Ga eerst rustig zitten en houd je ergens aan vast als je gaat staan. Als je daarbij ook je spieren spant – met name van benen en billen – dan duw je als het ware het bloed weer je hoofd in. Na twee, drie ­minuten zijn je klachten ­verdwenen en kun je gaan lopen.”

U bent enorm gedreven, wat motiveert u zo sterk?

“Als onderliggende aandoeningen of medicatiebijwerkingen worden onderkend, kan dat voor mensen een wereld van verschil maken. Zo heb ik een meneer met een hartaandoening op de valpoli gehad die steeds viel, duizelig was en vreselijke hoofdpijn had. Hij zag het leven niet meer zitten omdat hij tot niets meer kwam en wilde euthanasie. Dankzij een aantal adviezen, fysiotherapie en het stoppen met een hartmedicijn, verdwenen de hoofdpijn en de duizeligheid. Hij kon weer genieten van het leven. De dankbaarheid en de opluchting van deze man zijn me altijd bijgebleven.”

Nathalie van der Velde (48) werkt bij het Amsterdam UMC als hoogleraar ouderengeneeskunde, in het bijzonder valpreventie. Ze is voorzitter van de commissie die de landelijke richtlijn Valpreventie bij ouderen heeft ontwikkeld. Samen met twee andere hoogleraren leidde ze een internationale groep van experts die de wereldwijde Richtlijn Valpreventie heeft opgesteld.

Dit artikel verscheen eerder in Plus Magazine mei 2023. Abonnee worden van het blad? Dat doet u in een handomdraai!

Auteur