Zuurstoftekort rond de geboorte

Moeilijke bevalling of longproblemen

Getty Images

Baby’s die in de buik of tijdens de bevalling zuurstoftekort hebben gehad, kunnen na de geboorte problemen krijgen. De hersenen zijn erg kwetsbaar voor een tekort aan zuurstof. Symptomen die kunnen wijzen op een probleem rondom de geboorte zijn: ademhalingsproblemen, een grauwe of bleke huid en een trage hartfrequentie. Baby’s zijn slap en reageren slecht op prikkels van buitenaf.

Er zijn situaties waarbij baby’s tijdens de bevalling héél snel verslechteren. Dit komt dan bijvoorbeeld door een uitgezakte navelstreng, een knoop in de navelstreng of als de moederkoek plotseling loslaat van de baarmoeder.

Oorzaken

Zuurstoftekort rond de geboorte (perinatale asfyxie) kan het gevolg zijn van gebeurtenissen voor en na de geboorte. Voor de geboorte is de baby volledig afhankelijk van het baarmoedersysteem, de moederkoek (placenta) en de navelstreng. Verstoringen in dit systeem brengen de baby langzaam of direct in gevaar. Hoe ingrijpender en acuter de toestand, hoe sneller er op moet worden gereageerd.

Factoren die een rol spelen bij zuurstoftekort rondom de geboorte zijn onder andere:

  • Een slechtwerkende moederkoek
  • Een moederkoek die gedeeltelijk loslaat
  • Hoge bloeddruk van de moeder
  • Een uitgezakte navelstreng
  • Een navelstreng die strak om de hals van de baby zit
  • Druk op het hoofd van de baby
  • Niet vorderen van de bevalling, waarbij bv schouders blijven hangen achter het schaambeen van moeder (schouderdystocie)
  • Meconiumhoudend vruchtwater
  • Onrijpheid van de longen
  • Een ingeklapte long (pneumothorax)

Diagnose

De lichamelijke conditie van de baby wordt direct na de geboorte vastgelegd door middel van de Apgarscore. Baby’s met zuurstoftekort zullen lager scoren.

Aanwijzingen dat er mogelijk een beschadiging is ontstaan:

  • De spontane ademhaling komt laat op gang
  • Er is – gedurende een lange tijd – een lage spierspanning
  • De reflexen (Moro/zuig/zoek/grijpreflex) zijn langdurig laag of zelfs afwezig
  • De pupillen zijn nauw
  • Je baby reageert geprikkeld tijdens verzorging
  • Je baby krijgt convulsies

Als een baby onvoldoende zuurstof binnenkrijgt en koolzuur kan verliezen via de navelstreng (voor de geboorte) of via de longen (na de geboorte), treedt verzuring op. Hierbij stijgt de zuurgraad in het bloed en stijgt ook het gehalte aan melkzuur. Dit is in het bloed te meten. De mate van zuurstoftekort bij de baby wordt aangegeven door de hoogte van het melkzuurgehalte.

Het is standaard dat het bloed in de navelstreng wordt onderzocht op zuurgraad en melkzuur (lactaat). Dit gebeurt na de geboorte. De bloeduitslagen komen redelijk overeen met de mate van zuurstoftekort. Toch kunnen artsen hier niet volledig op vertrouwen: het komt voor dat de waarden heel goed zijn, maar er toch een ernstige vorm van zuurstoftekort aanwezig is (en andersom).

Behandeling

De behandeling is erop gericht om snel voldoende zuurstof toe te dienen. Dit gebeurt bijvoorbeeld door zuurstof via een kapje aan de baby te geven of door een beademing met slang of tube in de luchtpijp. Hierbij wordt erop gelet dat de baby niet afkoelt. Als de ademhaling goed op gang is gekomen, wordt de baby ter observatie in een couveuse neergelegd.

Baby’s met ernstig zuurstoftekort worden kunstmatig op een temperatuur van 33 graden gehouden enkele dagen na de geboorte. Hierdoor kan na opgedane beschadigingen aan de cellen, verder letsel worden beperkt.

Prognose

Zuurstofgebrek rondom de geboorte zorgt voor een verhoogd risico op hersenbeschadiging. Het is niet zo dat er altijd beschadiging optreedt. Sommige kinderen hebben – ondanks bepaalde doorgemaakte factoren – later nergens last van. Hersenbeschadiging door zuurstoftekort zorgt voor afwijkende spierspanning in (delen van) het lichaam. Op oudere leeftijd kan een kind met zuurstoftekort last krijgen van spasticiteit en/of een ontwikkelingsachterstand. Niet alle kinderen met zuurstoftekort krijgen later spasticiteit of problemen en niet alle kinderen met spasticiteit hebben rond de geboorte last gehad van zuurstoftekort. Waarschijnlijk zijn ongunstige factoren ver voor de geboorte daarvan (mede) verantwoordelijk geweest.

Dit artikel is goedgekeurd door Dr. J.M. de Bont, kinderarts-kinderneuroloog in UMC Utrecht.

Laatst herzien op

Auteur