Over chroom, omega-3-vetzuren en andere suppletie
In de nieuwe voedingsrichtlijn van de Nederlandse Diabetes Federatie staan ook adviezen over suppletie bij diabetes. Opvallend: men is behoorlijk terughoudend als het gaat om het slikken van extra vitamines en mineralen.
De Nederlandse Diabetes Federatie (NDF) heeft nieuwe voedingsrichtlijnen bij diabetes opgesteld. Ook suppletie komt hierin aan bod. Niet alle supplementen zijn bewezen effectief voor diabetici, terwijl andere voedingssupplementen juist worden aanbevolen.
Niet nodig: omega-3-vetzuren
Het slikken van extra visvetzuren wordt soms aanbevolen als middel om de bloedglucosewaarden te verbeteren of om de kans op hart- en vaatziekten te verminderen. Maar uit onderzoek blijkt niet dat het slikken van omega-3-vetzuren dit gewenste effect heeft. In de nieuwste voedingsrichtlijnen van de NDF staat daarom dat het slikken van extra omega-3-vetzuren niet wordt aanbevolen. Dat betekent overigens niet dat vis niet gezond is! Voor mensen met diabetes gelden dezelfde richtlijnen over vis als voor iedereen: eet twee keer per week vis, waarvan een keer vette vis. Lukt dat écht niet, dan is een supplement – net als voor gezonde mensen die geen vis eten - toch verstandig. Maar verwacht er alleen geen (diabetes)wonderen van.
Niet nodig: plantensterolen
Plantensterolen en –stanolen zijn plantaardige, cholesterolachtige stoffen die het cholesterolgehalte in het bloed kunnen verlagen. Het is bewezen dat 2-3 gram plantensterolen of –stanolen het cholesterolgehalte kunnen laten dalen. Maar wat níet bewezen is, is dat daarmee ook de kans op hart- en vaatziekten daalt. Dat geldt ook voor mensen met diabetes. De NDF raadt deze producten niet aan, maar ook niet af.
Soms nodig: vitamine D
Voor mensen met diabetes geldt hetzelfde advies als voor gezonde mensen zonder diabetes: extra vitamine D is nodig voor vrouwen boven de 50 jaar, voor mannen boven de 70 jaar en voor mensen met een donkere gelaatskleur of voor mensen die bijna niet buiten komen. De aanbeveling voor het supplement is 10 microgram per dag en 20 microgram boven de 70 jaar.
Soms nodig: vitamine B12
Bij langdurig gebruik van het medicijn metformine (verkrijgbaar onder verschillende merknamen) kan een tekort aan vitamine B12 ontstaan. Het is zaak daar alert op te zijn, zeker voor mensen die een slechte eetlust hebben of weinig dierlijke producten gebruiken. Dan kan het zinvol zijn om het vitamine B12 gehalte te laten bepalen en eventueel te suppleren.
Niet nodig: chroom
Het mineraal chroom speelt een rol bij de werking van insuline in het lichaam. Te weinig chroom in de voeding kan leiden tot insulineresistentie. In een gevarieerde voeding komt voldoende chroom voor, zeker als iemand normale hoeveelheden groenten, fruit en volkorenproducten gebruikt. Voor zover bekend komen er geen tekorten voor in Nederland. Er zijn wel onderzoeken gedaan naar het effect van extra chroom op het bloedglucosegehalte bij mensen met diabetes. Maar deze onderzoeken zijn slecht van kwaliteit en de uitkomsten variëren nogal. De NDF vindt het effect van chroom op het bloedglucosegehalte onvoldoende bewezen.
Soms nodig: magnesium
Het mineraal magnesium lijkt een belangrijke rol te spelen bij de werking van insuline en het regelen van het bloedglucosegehalte. Ook is het van belang bij de werking van de spieren en de prikkeloverdracht in de zenuwen. Het is mogelijk dat mensen met diabetes type 2 meer magnesium uitscheiden via de nieren, waardoor een tekort kan ontstaan.
Een van de eerste verschijnselen van een magnesiumtekort is spierkramp, maar ook spierzwakte of lusteloosheid kan een signaal zijn. Heb je die verschijnselen, dan loont het volgens de NDF de moeite om je te laten testen op een magnesiumtekort en dan eventueel een supplement te nemen.