Orgaandonatie: hoe zit dat?

Hoe registreer je je keuze?

Getty Images

Iedereen die twaalf jaar of ouder is en in Nederland woont, kan zijn of haar keuze over orgaan- en weefseldonatie in het Donorregister laten vastleggen. Je kunt je organen ter beschikking stellen of nabestaanden laten beslissen na je overlijden. Maar hoe zit dat nu precies met orgaandonatie: 8 vragen beantwoord.

1. Hoe geef je aan donor te willen zijn?
Door je aan te melden bij het Donorregister. In 1998 is de Wet op de orgaandonatie ingevoerd. Toen heeft iedereen van 18 jaar en ouder via het ministerie van VWS een formulier gekregen. Daarop kon je invullen of je wel of geen toestemming voor donatie gaf en zo ja, voor welke organen of weefsels.


​[ITEMADVERTORIAL]

2. Wat is de rol van nabestaanden?
Behalve ja of nee kun je op het formulier ook invullen dat de nabestaanden beslissen. Of zelfs dat een specifieke persoon beslist. Wanneer je niets laat registreren, dan komt de beslissing op de nabestaanden neer. Vooral wanneer het onderwerp nooit is besproken, is het voor nabestaanden heel moeilijk in te schatten wat de overledene zou hebben gewild.

3. Hoe weet je wat je hebt ingevuld op het formulier?
Op donorregister.nl kun je niet alleen registreren, maar ook je eigen registratie inzien of wijzigen. Voor het online donorformulier heb je een DigiD nodig.  Je kunt ook een schriftelijke bevestiging aanvragen bij het Donorregister. Telefonisch is het Donorregister te bereiken op 0900-821 21 66.

4. Kan iedereen donor zijn?
Bijna iedereen, ongeacht leeftijd, gewicht, medicijngebruik of ziektes. Pas na het overlijden bepaalt de arts of iemand geschikt is als donor. Mensen die besmet zijn met bijvoorbeeld het HIV-virus kunnen meestal geen donor zijn. Wilsonbekwamen mogen hun wil niet vastleggen, ook derden zoals ouders of curator mogen dit niet voor hen doen. Alleen wanneer de keuze over orgaandonatie is vastgelegd voordat de persoon wilsonbekwaam werd, is de wilsbeschikking rechtsgeldig.

5. Kunnen alleen mensen die in een ziekenhuis overlijden donor zijn?
Nee. Weefsels doneren kan altijd, ongeacht of iemand thuis, in het ziekenhuis of ergens anders overlijdt. Donatie van organen is echter alleen mogelijk wanneer de donor op de intensive care-afdeling van een ziekenhuis overlijdt, bijvoorbeeld door een hersenbloeding, een hersentumor of door een verkeersongeluk. Twee artsen stellen dan – onafhankelijk van elkaar – de 'hersendood' vast. Tot het moment van orgaanverwijdering wordt de overledene kunstmatig beademd. Dat is voor de nabestaanden vaak moeilijk, omdat het lijkt alsof de overledene gewoon slaapt.

In de praktijk blijkt dat slechts 1 op de 10.000 ja-geregistreerden overlijdt onder de juiste omstandigheden om organen te kunnen doneren. Daarom is het juist belangrijk dat zo veel mogelijk mensen ‘Ja’ zeggen.

6. Heeft donorschap gevolgen voor de begrafenis of crematie?
Nee. De overledene kan normaal worden opgebaard. De begrafenis of crematie kan op het gewenste tijdstip plaatsvinden.

7. Voor wie zijn de donororganen en weefsels bestemd?
Bij patiënten met een ongeneeslijke ziekte aan hart, lever, longen, pancreas, dunne darm of nieren kan een donororgaan het verschil uitmaken tussen leven en dood. Mensen met slechte hartkleppen worden geholpen met goede donorkleppen. Huidweefsel wordt gebruikt als 'biologisch verband' voor mensen met brandwonden. Hoornvliestransplantaties worden uitgevoerd bij patiënten die door een troebel hoornvlies slechtziend zijn. Bij mensen met een bottumor is amputatie soms niet nodig dankzij botweefsel van een donor. En bij ouderen wordt botweefsel vaak toegepast om loszittende kunstgewrichten stevig vast te maken.

8. Zijn er voldoende donoren?
Nee. Van de ruim 5,6 miljoen geregistreerden heeft ruim 60 procent aangegeven donor te willen zijn, iets meer dan een kwart (28 procent) wil niet en de rest laat het over aan de nabestaanden. Er zullen helaas nooit genoeg donoren zijn om alle mensen op de wachtlijst te kunnen helpen. Op dit is er een lange wachtlijst voor vrijwel alle organen en ook voor hoornvliezen.  

Meer informatie vind je op jaofnee.nl en bij de Nederlandse Transplantatie Stichting. Het Donorformulier is verkrijgbaar bij huisarts, apotheek, gemeente en via donorregister.nl.

Auteur