Nierschade: wie loopt extra risico?

Diabetes, hoge bloeddruk, overgewicht: slecht voor de nieren

Illustratie van nefrologen die naar nieren kijken
Getty Images

Ongeveer 1,7 miljoen mensen heeft chronische nierschade. Bij de helft hiervan is dit nog niet ontdekt. Dit kan ernstig zijn, want wanneer de nieren minder goed werken, kunnen afvalstoffen zich ophopen. En dat is weer slecht voor andere organen. Sommige mensen lopen extra risico op nierschade. Wie behoren tot die risicogroep?

Nierschade is aan te tonen door middel van spoortjes eiwit in de urine. Ook kan nierschade zich uiten in een verminderde nierfunctie, dan werken de nieren al wat slechter  Ruim 1,7 miljoen Nederlanders (10 procent van de bevolking) heeft er last van, ook al merken ze daar nog niets van. In veel gevallen blijft de nierschade in het begin namelijk onopgemerkt. 

Wanneer onze nieren minder goed werken, hopen afvalstoffen zich op. Dat is slecht voor hart– en bloedvaten. We merken pas dat onze nieren hun zuiverende functie niet goed meer vervullen als er nog maar 30 procent (of minder) van de nierfunctie over is. Dan pas komen er klachten. Bij verdere achteruitgang van de nierfunctie naar zo'n 10 procent dreigt nierdialyse of zelfs niertransplantatie.

Ook nieren worden ouder

Tijdens het ouder worden neemt de nierfunctie geleidelijk af. De vermindering van de nierfunctie start rond het 40e levensjaar en is ongeveer 0,4 procent per jaar. Van de 70-plussers heeft 40 procent een nierfunctie lager dan 60 procent, ofwel chronische nierschade. De natuurlijke achteruitgang van de nierfunctie wordt veroorzaakt door slijtage, en uiteindelijk beschadiging, van de nierfilters. Nierfilters die eenmaal zijn beschadigd herstellen meestal niet meer. Zo blijven er steeds minder gezonde nierfilters over en kunnen de nieren steeds minder afvalstoffen verwijderen.

Sommige mensen lopen meer risico op nierschade dan anderen. Naast de natuurlijke veroudering, hebben ook diabetes, een hoge bloeddruk en hart- en vaatziekten invloed op de werking van je nieren. Ook overgewicht en te zout eten vergroten de kans op nierschade.

Risicofactor: diabetes

Mensen met diabetes hebben meer kans om nierschade te ontwikkelen dan mensen zonder diabetes. Sterker nog: diabetes is een van de meest voorkomende oorzaken van nierschade. Ongeveer 30 procent van de mensen met diabetes krijgt te maken met nierschade door de ziekte, dat wordt diabetische nefropathie genoemd. Dit heeft te maken met het feit dat bij diabetici de bloedsuiker moeilijk in balans te houden is. Te veel glucose in het bloed veroorzaakt schade aan de nierfilters, meestal na 10 tot 15 jaar. Bovendien gaat diabetes vaak samen met een hoge bloeddruk, waardoor ook de kleine aanvoerende bloedvaatjes in de nieren beschadigen.

Nierschade voorkomen bij diabetes

  • Check je bloedsuiker. Mensen met diabetes type 1 meten een paar keer per dag zelf de hoeveelheid glucose in hun bloed. Dit is ook verstandig voor mensen met diabetes type 2. Bij afwijkende waarden is het verstandig contact op te nemen met de huisarts. 
  • Meet je bloeddruk regelmatig. Een hoge bloeddruk is een risicofactor voor nierschade bij diabetes. Meet je bloeddruk regelmatig met een bloeddrukmeter. Wil je of kun je dit niet zelf, laat het dan doen bij de huisarts of de praktijkondersteuner. 
  • Laat minstens één keer per jaar controleren of je nieren nog goed werken. Dit kan bij je huisarts, praktijkondersteuner of specialist.  

Risicofactor: hoge bloeddruk

Ongeveer één op de vijf mensen met een hoge bloeddruk heeft chronische nierschade. We spreken van hoge bloeddruk bij een bovendruk hoger dan 140 mmHg en/of een onderdruk hoger dan 90 mmHg. Voor mensen ouder dan 70 jaar, die geen medicijnen gebruiken, geldt een bovendruk van 150 mmHg als grens. Bij het voorschrijven van medicijnen aan mensen boven de 70 jaar streeft de arts vaak naar een bovendruk lager dan 150 mmHg.

Wanneer de bloeddruk lange tijd te hoog is, raken overal in het lichaam bloedvaten beschadigd, óók in je nieren. Hoge bloeddruk is namelijk een risicofactor voor slagaderverkalking. Deze beschadiging leidt tot vernauwing of verstopping van de bloedvaten. Het bloed kan dan minder goed doorstromen. In elke nier zit een half tot een miljoen zeeflichaampjes. Zo’n zeeflichaampje is een kluwen van fijne bloedvaten. Daar wordt het bloed gefilterd voor zuivering. Bij hoge bloeddruk krijgen die zeeflichaampjes minder bloed. Daardoor stoppen ze geleidelijk aan – maar blijvend – met zuiveren en gaat de nierfunctie onherstelbaar achteruit.

Nierschade voorkomen bij hoge bloeddruk 

Je bloeddruk wordt als het goed is al in de gaten gehouden, maar laat ook jaarlijks je nieren controleren. Want als je er tijdig bij bent, is nierschade vaak te beperken. Die controle kan gewoon bij de huisarts. Hij of zij  kijkt naar de hoeveelheid eiwit in de urine en doet bloedonderzoek om de nierfunctie te bepalen. Mocht er sprake zijn van chronische nierschade, dan kan de arts besluiten (andere) bloeddrukverlagende medicijnen voor te schrijven.

Risicofactor: hart- en vaatziekten 

Hart- en vaatziekten, zoals aderverkalking en een hartinfarct of beroerte hebben nadelige effecten op de nieren. Slagaderverkalking is een veel voorkomende oorzaak van nierschade. Bovendien gaat de nierfunctie versneld achteruit na een hartinfarct of beroerte. Na een hartinfarct gaat de nierfunctie zelfs twee keer zo snel achteruit als bij normale veroudering.

Bij slagaderverkalking worden de slagaderen - ook die naar de nieren - steeds nauwer en stugger. Door de vernauwing kan het bloed minder goed door de slagader stromen. De nieren reageren hierop door de bloeddruk te laten stijgen, zodat het bloed weer sneller kan doorstromen. En die hoge bloeddruk veroorzaakt nierschade. Bij een ernstige vernauwing krijgen de nieren onvoldoende zuurstof via het bloed. Ook kunnen er in de buurt van de vernauwde plekken bloedstolsels ontstaan. Zo'n bloedstolsel kan bijvoorbeeld terechtkomen in een bloedvat naar de nieren, waardoor het bloedvat plotseling afgesloten wordt, dat noemen we een nierinfarct. Het achterliggende nierweefsel krijgt dan geen bloed meer en sterft af.

Nierschade voorkomen bij hart- en vaatziekten 

Van slagaderverkalking merk je in het begin niets, dat maakt het zo gevaarlijk. Vaak ontstaan er pas klachten als een slagader erg vernauwd is, denk aan pijn op de borst bij het sporten of heftige emoties (angina pectoris) of pijn tijdens het lopen (etalagebenen). Ook opgezette voeten en enkels kunnen wijzen op hartproblemen. Zeker als je hier wekenlang last van hebt. Heb jij dit soort klachten, ga dan naar je huisarts, helemaal als je ook sneller vermoeid bent of kortademig. Als de arts slagaderverkalking vermoedt of de kans hierop hoog is, kan hij je doorverwijzen naar de cardioloog om te bepalen of er vernauwingen zijn. Heb je hart- en vaatziekten  of zit dit in de familie, laat dan jaarlijks je nierfunctie checken en meet regelmatig je bloeddruk.

Medicijnen en nierschade 

Veel medicijnen worden door de nieren uit het lichaam verwijderd. Als de nieren minder goed werken, gaat dit langzamer. Medicijnen blijven dan langer in het bloed en bereiken hogere concentraties. Daardoor stijgt de kans op bijwerkingen en nierschade door overdosering. Sommige hartmiddelen en medicijnen tegen hoge bloeddruk, hoog cholesterol en diabetes kunnen (acute) nierschade veroorzaken of verergeren. Dit geldt ook voor bepaalde antibiotica, medicatie tegen jicht en de stemmingsstabilisator lithium. Ook de pijnstillers ibuprofen, diclofenac en naproxen vergroten het risico op nierschade bij langdurig gebruik.

Nierschade voorkomen bij medicijngebruik 

Vaak is bij mensen uit de risicogroepen aanpassing van de dosis nodig om medicijnen veilig te kunnen blijven gebruiken. Van alle vermijdbare ziekenhuisopnames is ongeveer 10 procent het gevolg van het niet aanpassen van de medicijnen bij nierschade. Bij ouderen is dat zelfs ongeveer 30 procent.  Soms is het nodig dat de arts een ander medicijn voorschrijft. Welke aanpassingen precies nodig zijn hangt af van de persoon en het soort medicijn. Voor de meeste medicijnen zijn doseringsadviezen bij verminderde nierfunctie beschikbaar. Praat hierover met je huisarts. (Dreigende) uitdroging door een hittegolf, koorts, diarree of overgeven geeft een extra risico op nierschade. Het is dus belangrijk om in dit soort situaties extra op te letten. Het kan zijn dat je extra vocht moet innemen of tijdelijke bepaalde medicijnen niet in moet nemen. Overleg hierover met je huisarts.

Algemene leefregels om nierschade te voorkomen 

  • Eet zoutbewust (maximaal 6 gram zout per dag), gezond en gevarieerd 
  • Beweeg voldoende, wekelijks tenminste 2.5 uur matig intensief, verspreid over meerdere dagen. 
  • Slaap voldoende: een gezonde slaapduur is voor volwassenen 7 tot 9 uur per nacht.  
  • Vermijd stress zo veel mogelijk en probeer voldoende te ontspannen 
  • Rook niet 
  • Val af als je te zwaar bent
Auteur 
Bron 
  • Nierstichting